Meestersnoeier

12 oktober 2016
Een keer per jaar worden de taxushagen, topiary’s, van landgoed Bingerden door professioneel meestersnoeier Dirk Aneca van de EBTS (European Boxwood and Topiary Society , Belgium) gesnoeid. Zonder lijnen uit te zetten, snoeit hij alle hagen in ongeveer zeven dagen tijd. Met veel passie voor zijn vak vertelt hij hoe hij te werk gaat en waar hij allemaal rekening mee houdt tijdens het snoeien.  
 
Dirk Aneca: “Het is een niet aflatende job. Je mag niet zeggen het is goed geweest, ik laat het gaan. Je moet blijvend streng zijn en het mooi maken. Als je hier met de losse vinger doorgaat dan is dat in één, twee jaar allemaal teniet gedaan. Ik loop eerst een keer rond en neem het goed op. Ik ga kijken door de maat te nemen. Je moet je in de gedachtegang van de architect verplaatsen. De architect heeft altijd de tuin gezien als hij groot is, niet als hij klein is. Je kunt dat zien doordat sommige topiary’s al honderd jaar op dezelfde plek gesnoeid worden. Je moet dat zien en er eventueel toegevoegde waarde aan geven. Een tuin evolueert, hij blijft niet een halve meter hoog en de haag mag niet hoger zijn dan het huis; er is een verhouding. Je moet rekening houden met lichtpunten, vensters. Rekening houden met de mensen. Sommigen zijn streng en dan mag je geen millimeter uit de rij gaan, anderen zijn romantisch van aard.
 
Ik werk op gevoel, ook al is het terrein oneffen. Ik heb leren aanvoelen om horizontaal te snoeien. Hoe je moet snoeien als je elementen er tussen hebt zitten, hoe je links en rechts kunt opgaan met je schaar. Je moet zowel naar de ene als andere hoek kunnen gaan. Meestal ga je dan een hele diepe bocht in. Er mag geen halve centimeter verschuiving in zitten. Zo houd ik alles in de vorm.
 
Ik mag zeggen dat het een zeer merkwaardige tuin is, omwille van zijn taxus als deze mooi gesnoeid is. Het is een architectonische aanleg en dat vraagt precisie. Vroeger gebruikten ze alles. Net als tulpenbollen was het zaad van Taxus duur, het was ingevoerd. Dit is een zaailing, allemaal verschillende planten die zijn gemixt. Het zou geen historische tuin zijn als dit niet zo was geweest.
 
Er moet tegen de heggen geduwd worden om ze in vorm te houden. Een aantal jaar terug heb ik in maart de Taxus grondig teruggesnoeid. Er kwam veertig kubieke meter takken af. In het vroege voorjaar begint het groeiseizoen en de sappen in de planten zetten de plant aan tot hergroei. Voor de grote topiary’s is dat echt tot op het bot geweest. Ze moeten bijkomen, toppen waar we konden. Je moet een topiary sparen, dat duurt een leven.
 
Ik heb jaarlijks de onderhoudssnoei gedaan, ook met aandacht voor de dunne plaatsen in de haag. Een tak insnoeien om nieuw frame te kweken op de plant. Soms had de haag gaten van zestig centimeter zodat er bijna niets meer stond. Het gaat om het nieuw aankweken van de topiary, het liefst met nieuwe hersteltakken die beginnen vanaf de basis. Daarom moet je er voor zorgen dat de eerste twee jaar er genoeg licht binnenvalt op de plant. Niet de plant zichzelf laten afdichten, dan krijg je een verkeerd effect.
 
Sommige van de heggen zijn in de loop van de eeuwen schuin gewaaid of geduwd. Ze zijn al driehonderd jaar oud en hebben al veel meegemaakt. Ze moeten volledig over de kant worden gesnoeid om weer recht te groeien. Vandaar dat de topiary in het midden staat en wordt opgebouwd van beneden naar boven, niet van boven naar beneden.
 
Tegen jonge mensen zou ik zeggen doe het niet voor het geld, maar uit liefde voor het vak anders kan je dat niet volhouden. Veel met je vak bezig zijn, aandacht hebben voor precisie en het is ook een gave. Het is een aanvoelen. Ik ben begonnen met vormsnoeien toen ik twaalf jaar was. Het heeft een tijdje stil gelegen en toen ben ik op mijn achttiende weer verder gegaan. Eerst heb ik gewone tuinen gedaan zoals bloementuinen. Als je ergens goed in bent dan word je meer en meer ergens voor gevraagd. De favoriet… Alle planten zijn mooi.”